Op 29 maart 2019 zou het Verenigd Koninkrijk de Europese Unie verlaten. De Belgische sociale partners zijn sterk begaan met het verloop van de brexit. Het VK is immers een zeer belangrijke economische partner van België en de brexit heeft potentiële negatieve gevolgen voor onze economie. Op 20 juli 2018 heeft de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven daarom een unaniem advies goedgekeurd over de brexit en de Belgische verwachtingen die hieruit voortvloeien. Dit alles in een context van moeilijke onderhandelingen en van onzekerheden die worden gekenmerkt door het ontbreken van een duidelijke visie op de prioriteiten van de Britse regering. De CRB beklemtoont dat het belangrijk is punten zoals een frictieloze brexit en de vrijwaring van de Europese eenheidsmarkt op de politieke agenda van de regering en van de beleidsverantwoordelijken te plaatsen. Daarnaast benadrukt het advies het belang van een duurzame toekomstige handelsrelatie en van een “level playing field” (gelijk speelveld) tussen het VK en de EU27, en besteedt het aandacht aan elementen die dit kunnen helpen realiseren.
In navolging van die werkzaamheden kwamen de heer Bart Vodderie (federale brexit-coördinator, FOD Buitenlandse zaken), de heer Peter Van Herreweghe en mevrouw Frieda Coosemans (FOD Economie) op 5 juli 2019 aan de subcommissie Brexit toelichting geven bij de uittreding van het VK uit de EU. Er werd stilgestaan bij het verloop van de onderhandelingen, de mogelijke scenario’s naar de toekomst toe, de verwachte impact op het Belgische bedrijfsleven en de voorbereidende acties die overheden en bedrijven (kunnen) ondernemen.